Fietsgebruik
Intensiteit en evolutie
Deze pagina geeft een beeld van de intensiteit waarmee dit vervoermiddel gebruikt wordt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en hoe dit gebruik in de loop der jaren geëvolueerd is.
+5%
aan verkeersstromen (fietsen + steppen) op de fietspaden in 2023 ten opzichte van 2022.
(Genormaliseerde evolutie: +12%)
3.368
ritten werden in 2022 gemiddeld dagelijks gemaakt met elektrische deelfietsen in vrije vloot.
1,6
keer per dag. Rotatiecijfer (of gemiddeld gebruik) van de elektrische deelfietsen in vrije vloot (2022).
x4,7
het aantal fietsers dat handmatig wordt geteld op 26 telpunten tussen 8 en 9 uur ‘s morgen is tussen 2010 en 2023 met een factor 4,7 toegenomen
Meer weten40%
van de volwassen fietsers geteld tussen 8.00 en 9.00 uur zijn vrouwen (2022) Dit aandeel bedroeg slechts 31% in 2010.
Meer weten
12%
van de fietsen die in 2023 tussen 8 en 9 uur geteld werden in het verkeer zijn bakfietsen. Het aandeel van de bakfiets (voor het vervoer van personen of goederen) in het verkeer is sinds enkele jaren letterlijk ontploft (20% in 2019).
Meer weten41%
van de fietsen die in 2023 tussen 8 en 9 uur geteld werden in het verkeer zijn elektrische fietsen. Het aandeel van de elektrische fietsen neemt sinds 2019 continu toe (20% in 2019).
Meer weten9,4%
van de Brusselaars fietst op een doordeweekse dag minstens 30 minuten om zich te verplaatsen (2018) (bron: Sciensano).
Meer weten11%
Dat is de doelstelling waar het gewest tegen 2030 naar streeft wat betreft het modale aandeel van de fiets voor alle verplaatsingen.
Meer wetenStromen op fietspaden
+5%
aan verkeersstromen (fietsen + steppen) op de fietspaden in 2023 ten opzichte van 2022.
(Genormaliseerde evolutie: +12%)
+8%
aan verkeersstromen (fietsen + steppen) op de fietspaden in 2023 ten opzichte van 2022 van maandag tot vrijdag.
(Genormaliseerde evolutie: +14%)
-3%
aan verkeersstromen (fietsen + steppen) op de fietspaden in 2023 ten opzichte van 2022 tijdens het weekend.
(Genormaliseerde evolutie: +6%)
De verkeersstromen op de fietspaden zijn blijven toenemen, maar veel minder indrukwekkend dan in eerdere analyseperioden (2020-2021 en 2021-2022). Het gaat slechts om een stijging met 5% ten opzichte van 2022(+39% op de période 2021-2022). . Deze kleine stijging kan echter grotendeels worden verklaard door de minder gunstige weersomstandigheden voor fietsers of steppers in 2023 tegenover 2022. Als we de extreme weersomstandigheden immers buiten beschouwing laten door de evolutie van de genormaliseerde stromen te berekenen (zie metagegevens van de interactieve tabel), is de genormaliseerde evolutie in 2022-2023 hoger (+12%), maar blijft deze evolutie lager dan die berekend voor de periode 2021-2022 (+25%). De grootste toename (waargenomen evolutie: +8%; genormaliseerde evolutie: +14%) vond voornamelijk plaats op weekdagen (van maandag tot en met vrijdag).
Fietsreizen per geslacht
9,4%
van de Brusselaars fietst op een doordeweekse dag minstens 30 minuten om zich van de ene naar een andere plek te verplaatsen. Het gebruik van dit vervoermiddel is nog steeds sterk geslachtsgebonden, ook al blijkt uit de tellingen van Pro Velo dat er steeds meer vrouwen in het verkeer fietsen. Volgens de enquête van Sciensano fietst 6% van de Brusselse vrouwen op een doordeweekse dag minstens 30 minuten om zich van de ene naar een andere plek te verplaatsen (2018). Bij de mannen is dat 13%.De plaats van de fiets in het reizen
11%
Dat is de doelstelling waar het BHG tegen 2030 naar streeft wat betreft het modale aandeel van de fiets voor alle verplaatsingen van, naar en binnen het BHG op een werkdag buiten de schoolvakanties. De bedoeling is vooral om fietsen aantrekkelijk te maken voor mensen die zich momenteel met de auto of het openbaar vervoer verplaatsen om afstanden van 2-5 km af te leggen. In 2018 werd het modale aandeel van de fiets geraamd op 3% van het totale aantal verplaatsingen van, naar en binnen het BHG.
Fietsen tellen tussen 8 en 9 uur sinds 2010
x4,7
het aantal fietsers dat handmatig wordt geteld op 26 telpunten tussen 8 en 9 uur ‘s morgen is tussen 2010 en 2023 met een factor 4,7 toegenomen.
68%
van de fietsers die in 2023 tussen 8.00 en 9.00 uur geteld werden, draagt een helm.
40%
van de volwassen fietsers geteld tussen 8.00 en 9.00 uur zijn vrouwen (2023, zonder kinderen).
Handmatige sectietellingen
Enkele uitzonderlijke jaren buiten beschouwing gelaten (aanslagen in 2016, pandemie in 2020-2021,...), nemen de fietsersstromen tussen 8 en 9 uur 's morgens vrijwel gestaag toe (op werkdagen buiten de schoolvakanties). Er valt evenwel op te merken dat de evolutie in de periode 2022-2023 aanzienlijk kleiner is dan in de periode 2021-2022, die uitzonderlijk was door de terugkeer naar een normalere situatie na de COVID-jaren waarin de verkeersstromen afnamen. Het valt op dat het aantal fietsers dat handmatig wordt geteld door ProVelo maal 4,7 is gegaan in de periode 2010-2023.
Het aandeel helmdragende fietsers dat in 2023 tussen 8 en 9 uur werd geteld, is met drie procentpunten gestegen in de periode 2022-2023. In 12 jaar tijd is dit aandeel met 28 procentpunten toegenomen (40% in 2010).
40% van de volwassen fietsers geteld tussen 8.00 en 9.00 uur zijn vrouwen (2023, zonder kinderen). Dit aandeel bedroeg slechts 31% in 2010.
Tevredenheids- en steunniveau van de gebruikers
Wat fietsers betreft, zijn de sterke punten de trajecttijd en de kostprijs.
Als zwakke punt halen ze de verkeersveiligheid en het ontwerp en de staat van de wegen aan.
Daarbij komt nog eens de positieve impact op de gezondheid voor de fietsers.
De tevredenheid lijkt te stijgen ten opzichte van 2011.
Ik zou meer fietsen als er meer wegen met fietsvoorzieningen waren waar het verkeer te druk of te snel is.
Aantal antwoorden: 2.296 waarvan 271 niet betrokken (12%)